Loterij stelt eisen aan Minister
Het voorstel van justitieminister Vincent Van Quickenborne (Open VLD) om gokreclame te verbieden, was een eis van de Nationale Loterij. In ruil zou deze Loterij de komende drie jaar dertig miljoen euro meer betalen aan de federale overheid, de zogenoemde ‘Monopolierente'. Dit blijkt uit een brief die de onderzoeksredactie van ‘VTM Nieuws’ en ‘Het Laatste Nieuws’ kon inkijken.
Tegen eind 2022 moet alle gokreclame aan banden worden gelegd, met uitzondering van reclame op de truitjes van sporters. Dit zal pas tegen 2025 moeten verdwijnen. Dit voorstel van minister Van Quickenborne zorgde al voor heel wat ophef binnen de Belgische regering. Zo is MR-voorzitter Bouchez faliekant tegen het voorstel om gokreclame binnen de sportwereld te verbieden.
Monopolie is heilig
De baas van de Nationale Loterij ,Jannie Haek, heeft de brief aan de minister geschreven en hij wil hiermee de ‘Monopolierente' verhogen in ruil voor een verbod op gokreclame van kansspelaanbieders die niets met hen te maken hebben. Die ‘Monopolierente' is een bedrag de de Loterij jaarlijks moet betalen aan de Belgische staat in ruil voor het Monopolie om als enige loterijen te mogen organiseren.
Van Quickenborne ontkent aan ‘Het Laatste Nieuws' dat de brief van Haek meespeelde in de beslissing om gokreclame te verbieden. Haek zelf heeft de voorbije jaren luidkeels verkondigd dat de Nationale Loterij geen gokbedrijf is, maar een immense tombola waarbij de inzetten te klein zijn om tot gokverslaving te kunnen leiden. De gokbedrijven zien dit anders en hekelen het bevoordelen van de Nationale Loterij.
Wordt ongetwijfeld vervolgd.